Emine Özyenici, Hoofddirecteur Bedrijfsvoering, tevens CIO bij JenV (vanaf 1 januari plaatsvervangend secretaris-generaal bij JenV) geeft openhartig antwoord op acht vragen.
1. Je studeerde Bedrijfseconomie aan de Erasmus Universiteit. Wat voor student was je?
‘Zeker in de eerste twee jaar heb ik flink moeten bikkelen. Ik was net terugverhuisd naar Nederland vanuit Turkije, waar ik zes jaar had gewoond en het lyceum had afgerond. Terug in Nederland moest ik weer wennen aan het leren in de taal en het minder klassikale onderwijssysteem. Na die eerste twee jaar kreeg ik wat meer ruimte voor de sociale kant van het studeren. Ik werd daarnaast onder andere lid van een studievereniging en van de faculteits- en universiteitsraad.’
2. Wat hebben die zes jaar in Turkije je gebracht?
‘Allereerst een enorme dosis doorzettingsvermogen. Ik was twaalf toen we naar Izmir verhuisden en sprak geen woord Turks. Mijn vader vond het fijn dat we zijn taal, cultuur en onze familie ook leerden kennen. Ik kijk liefdevol terug op die tijd, maar weet niet of ik het op die manier mijn eigen kinderen zou aandoen. Mijn biculturele achtergrond heeft me ook nog iets anders gebracht. Ik heb al die jaren gezien hoe mijn Turkse familie mijn moeder omarmde en hoe mijn familie uit Scheveningen mijn vader omarmde. Door die verbinding kan ik tegenstellingen nog altijd goed overbruggen. En ik ben nooit bang geweest voor het onbekende.’
3. Wat is een bepalende gebeurtenis geweest in je leven?
‘Na functies in de accountancy en organisatieadvieswereld kwam ik bij de politie terecht. Daar zag ik hoe kwetsbaar mensen kunnen zijn als ze in de frontlinie veiligheid moeten creëren. Van buitenaf lijkt het soms heel simpel om politieman of -vrouw te zijn. Dat geldt ook voor het werk van bijvoorbeeld de IND of het COA. Al die mensen kunnen direct van betekenis zijn voor mensen die hulp nodig hebben, of door mensen te begrenzen. Ik heb gezien hoe impactvol en indrukwekkend hun werk is. Mijn tijd bij de politie zal ik nooit vergeten.’
4. Bij je verkiezing tot Overheidsmanager van het Jaar 2018 werd je een rolmodel genoemd. Wie is jouw rolmodel?
‘Dat is mijn oma, van mijn moeders kant. Zij had de gave om haar grenzen te stellen en tegelijkertijd aan iemand tegemoet te komen. Toen mijn vader zijn schoonouders ontmoette, kreeg hij te horen dat op zondag de Bijbel werd gelezen en dat hij dat had te accepteren. Tegelijkertijd kocht mijn oma een pannetje om het varkensvlees apart in te bakken, terwijl dat voor mijn vader helemaal niet strikt noodzakelijk was. Als kind kon ik haar gave nog niet op waarde schatten. Nu koester ik de onvoorwaardelijke liefde naar ons als kleinkinderen. Waren er maar meer mensen zo tolerant, tegelijkertijd begrenzend en op zoek naar collectieve waarden. Toen we naar Turkije verhuisden, was het achterlaten van mijn opa en oma een van de moeilijkste momenten.’
5. Wat voor rolmodel probeer je zelf te zijn?
‘Ik probeer altijd vanuit de verbinding samen te werken. Het zal met mijn opvoeding te maken hebben. Je hoeft het heus niet altijd met elkaar eens te zijn, maar blijf spreken over je tegengestelde belangen en probeer samen verder te komen op onderwerpen. Juist door verschillende perspectieven bij elkaar te brengen, kom je verder in oplossingen.’
6. Hoe kom je tot rust?
‘Ik ben een enorme fan van kunstgeschiedenis, maar tegelijkertijd een leek. Juist omdat ik er niets van hoef te onthouden, geniet ik er heel erg van. Ik bezoek veel tentoonstellingen en volg lezingen. En binnenkort ga ik naar New York, waar mijn dochter studeert. Daar hangen in het Metropolitan Museum of Art en andere galerieën veel werken van Klimt en Van Gogh. Ik verheug me er enorm op.’
7. Welke periode in je leven zou je graag nog eens herbeleven?
‘Het is een wat weemoedig antwoord, maar mijn jongste kind is sinds gisteren uit huis. “Wat is de tijd toch snel gegaan”, zei ik pas tegen mijn man. Met name die eerste kinderjaren zou ik nog weleens een maand lang willen herbeleven. Maar dan alleen de leuke kanten, niet de slapeloze nachten! Dit jaar zijn mijn man en ik voor het eerst weer met z’n tweeën op vakantie geweest. Alles gaat drie keer zo snel en je hebt aan een half woord genoeg. Maar tegelijkertijd vinden we het ook wel stil zo.’
8. Wat staat er nog op je bucketlist?
‘Ik houd op mijn telefoon letterlijk een bucketlist bij met allerlei plekken die ik nog wil zien. Peru stond bovenaan de lijst, maar dat hebben we dit jaar kunnen afstrepen. Costa Rica staat nu heel hoog. Maar ook nog een aantal Italiaanse steden zoals Genua, Verona, Palermo en Bergamo. Ik hou ervan om me onder te dompelen in het Italiaanse leven en in de (kunst)geschiedenis van het land. En de Italiaanse trots en can-do-mentaliteit hebben me altijd aangesproken.’